Gent staat al langer in het middelpunt van de belangstelling voor wat het beleid inzake de strijd tegen discriminatie betreft. Veel steden overwegen immers om het Gentse model van werken met praktijktesten te implementeren of maken daar al werk van. Dit jaar heeft de VUB daarom een herhalingsstudie uitgevoerd, om na te gaan of praktijktesten de discriminatiegraad in Gent structureel hebben doen dalen. We overlopen hier kort de resultaten.
In februari 2019 werden opnieuw een 300-tal praktijktesten afgenomen, bij zowel vastgoedkantoren als zoekertjes van particuliere verhuurders. Voor wat de vastgoedmakelaars betreft, bedroeg de netto-discriminatiegraad 14%. Dat resultaat lag net boven de foutenmarge en was ongeveer hetzelfde als in 2017, dus nog steeds een stuk lager dan de 26% bij de initiële nulmeting in 2016. De onderzoekers concluderen hieruit dat etnische discriminatie structureel is gedaald, zij het dat een kleine minderheid van vastgoedmakelaars wel blijft discrimineren op etnische criteria.
De uitnodigingskans voor een plaatsbezoek was 34% voor kandidaten met een Marokkaans klinkende naam en 40% voor kandidaten met een Belgisch klinkende naam. Vooral voor de tweede categorie betekent dit een daling. De (pre)selectie bij kandidaten met een Belgisch klinkende naam blijkt toch wel stevig te zijn toegenomen. Een mogelijke verklaring daarvoor zien de onderzoekers in een toenemende krapte op de Gentse huurmarkt, die vastgoedkantoren dwingt om selectiever te worden.
Lagere discriminatiegraad bij eerder geteste kantoren
De onderzoekers maakten bovendien het onderscheid tussen wie al eens eerder getest was en bij wie dat niet gold. De netto-discriminatiegraad bij de 49 kantoren die in 2016 en 2017 reeds praktijktesten ondergingen, lag merkelijk lager (8%) dan bij de kantoren bij wie dat nog niet het geval was (23%). Net daarom het advies om toekomstig beleid in eerste instantie te focussen op de tweede groep.
Bij particuliere verhuurders is de netto-discriminatiegraad de afgelopen jaren stevig gedaald: van 47% in de nulmeting (2016) naar 21% nu. De onderzoekers vermoeden dat er een spill-overeffect heeft gespeeld, omwille van de sterke media-aandacht rond discriminatie en praktijktesten in Gent. Ook bij de particuliere verhuurders wordt vastgesteld dat de selectiviteit om een plaatsbezoek toe te laten globaal is toegenomen.
Mystery calls
Voor de studie werden ook mystery calls uitgevoerd. Pro memorie: dat is de test waarbij een fictieve verhuurder zich als mogelijke opdrachtgever aandient, met de vraag om vreemdelingen, werklozen, … te weren. Daarmee wordt getest of een vastgoedmakelaar bereid is in te gaan op een vraag tot discriminatie, tevens uitdrukkelijk verboden ingevolge het Gelijke Kansendecreet.
Er werden 100 mystery calls uitgevoerd via mail en 15 via telefoon. De onderzoekers hebben de antwoorden proberen indelen in een aantal categorieën. Toch opvallend: 41% weigert meteen om in te gaan op een vraag tot discriminatie, terwijl 12% zich daar wel toe bereid toont. Die 12% begaat een ernstige fout, eigenlijk zonder enige verzachtende omstandigheden. Let wel, het percentage dat aangeeft zeker niet te discrimineren ligt alvast een stuk hoger dan bij een eerdere studie in Brussel (daar ca. 10%).
‘Institutionele discriminatie’
Opvallend is hoe de onderzoekers de verschillende categorieën zelf beoordelen. Zo duiden zij het antwoord dat een hoger prijsniveau minder solvabele kandidaten uitsluit aan als ‘institutionele discriminatie’. We hebben natuurlijk geen zicht op de antwoorden van de vastgoedkantoren zelf maar er zomaar van uitgaan dat men etnische groepen wil weren door gerichte prijsverhogingen en dit dan gelijk stellen aan discriminatie zijn geen lichte stappen.
Feit is evenwel dat een aantal vastgoedkantoren bereid blijft om in te gaan op een expliciete vraag tot discriminatie en bijvoorbeeld niet aan deze mystery caller/eigenaar meegeeft zelf te focussen op een objectieve selectie (op basis van toegelaten criteria, inzonderheid de solvabiliteit en de gezinsgrootte) met het oog op het voorleggen van enkele kwalitatieve kandidaten waarbij de finale keuze uiteraard steeds bij de eigenaar blijft liggen. Ook de strategie waarbij men dergelijke vragen alleen telefonisch wil bespreken, leunt aan bij het ingaan op een vraag tot discriminatie. Alleen het medium verschilt hier immers, behoudens wanneer men denkt de verhuurder via een gesprek op andere gedachten te kunnen brengen.
Praktijktesten blijven uitvoeren
Belangrijkste aanbeveling in het rapport is om sensibiliserende en juridische praktijktesten te blijven uitvoeren. Tevens wil men het instrumentarium verder uitbouwen en nu ook structureel mystery calls uitvoeren, om zo discriminatie tijdens meer fasen van het verhuurproces te controleren. Andere aanbeveling: om een verplichting in te voeren opdat vastgoedkantoren elk verzoek tot discriminatie moeten melden. En – last but not least – richting andere steden om de Gentse aanpak te copy-pasten…
Bron: Verhaeghe (P.P.) & Ghekiere (A.). Is de etnische discriminatie op de Gentse woningmarkt structureel gedaald?, 2020, 26p.
Dit artikel kadert in de katern 'Uit het parlement', die iedere week in Vastgoedflitsen verschijnt. Deze katern focust op parlementaire verslaggeving, door in te zoomen op topics die daar besproken werden en die relevant kunnen zijn voor de vastgoedmakelaar, syndicus, rentmeester, ... Het gaat dus niet om juridische artikels in de strikte zin. Soms kan er juridische informatie in vervat zitten. De insteek is echter telkens deze van parlementaire verslaggeving of eventueel rapportering van interessante studies, publicaties en cijfers.